Ik vierde onlangs met mijn geliefde onze huwelijksdag. We zijn alweer 17 jaar getrouwd. Wat gaat de tijd toch snel. Tijdens het fijne diner vertelde ik haar: ik besef dat ik nooit echt heb stilgestaan bij jouw afscheid van jouw ouders, van jouw land en van jouw wortels. Ik ben als 2-jarige naar Nederland gekomen en zelfs ik heb af en toe nog heimwee naar Turkije. Maar in jouw geval is dat echt anders. Jij hebt er een heel leven geleid.
Toen vertelde mijn geliefde dat ze dat bewust niet aangekaart heeft om mij niet tot last te zijn. Dit is een typische uiting van de Turkse cultuur – je wordt geacht anderen niet tot last te zijn, ook op momenten van verdriet. Een jaar na ons huwelijk overleed namelijk mijn vader en dat was een behoorlijke schok voor mijn eigen familie. Het gevolg was dat ik niet voldoende heb gezien dat mijn grote liefde haar eigen rouwproces nog moest doorlopen. Ik rouwde om het verlies van mijn vader en mijn geliefde rouwde om het verlies van haar gehele familie en op een gegeven moment rol je een leven vol drukte met werk en kinderen in.
Pas 17 jaar later bespraken we dit gekke gegeven. Ik heb haar toen bedankt voor haar liefde, haar offer en haar support. En we beloofden elkaar: we gaan meer dan ooit op elkaar leunen, zonder mitsen en maren. Het was een goede, heilzame en helende dag. Ik zou nog wel iets willen vertellen over de integratieclaims van politici en opiniemakers, maar het is het niet waard. Wij proosten op de volgende 17 jaar.