Onderweg naar het hart van de hemel
Op een nacht schrikt Isa wakker. Vreemd, zijn slaapkamer heeft geen muren en geen plafond meer. Hij ziet uitgestrekte grasvelden en talloze bomen. Boven hem is er de immense sterrenhemel. Talloze sterren fonkelen in de gloed van de volle maan. Er wacht iemand op hem, hij voelt het.